donderdag 26 april 2018

tekenen van verschillende modellen fixatieborden en lasercutten



model 1 plateau

model 2 plateau

model 3 plateau
 

model 4 plateau

model 5 plateau

model 6 plateau

model 7 plateau

model 8 plateau

model 9 plateau

model 10 plateau




Alle modellen hebben we gelasercut.  Hierdoor leerden we dat model 9 het stevigst is.
Bij de productie heb je ook minder afval van het materiaal door de eenvoudige vorm.



De lasercutfiles kan je hier terugvinden op Instructables :


Model 9 was nog niet helemaal perfect ontworpen.
Een volgende iteratie was nodig : de diameters werden wat aangepast zodat alle attributen er goed in passen.  We mochten zelf kiezen welk kommetje men het best gebruikt.  We kozen voor een standaard kommetje met een stevige dikke rand zodat een antisliprand in de plateau zelf niet nodig is. Zo kan de plateau uit één materiaal bestaan. Het kommetje zit goed diep en stevig vast.


                                        Model  9.1                                                     Model 9.2











donderdag 19 april 2018

Three-channel-model na voorstellen prototype en PEO-model



Three-channel-model
Uit de conversaties tussen Kjell en de ergotherapeute konden we afleiden dat Kjell wel enthousiast was over ons hulpmiddel, maar dat hij wel nog met schrik zit. Hij is bang dat hij door zijn ongecontroleerde bewegingen het hulpmiddel een duw zou geven, waardoor het potje op de grond kan vallen. Onze uitdaging is dus om het hulpmiddel zo te maken, dat het potje er zeker niet kan uitvallen.

We zouden Kjell dus nog niet helemaal bij flow situeren, maar eerder ergens tussen ‘anxiety’ en ‘flow’.
Afbeeldingsresultaat voor PEO-model

PEO-model

Activiteit: Kjell moet zoals iedereen ook eten.
Persoon: Kjell is een jongen van 22 jaar met dyskinetische quadriparese.
Zowel Kjell als de ergotherapeute waren heel enthousiast bij het zien van onze prototypes. Toen we de prototypes hadden uitgetest, had Kjell wel wat schrik gekregen om  tegen het hulpmiddel te stoten en zo het potje op de grond te gooien.
Omgeving:
Hij woont bij zijn moeder.
Hij gaat naar school in Dominiek Savio Instituut in Gits.
Zijn familie is voor hem heel belangrijk.
De prototypes werden uitgetest in het ergolokaal van het secundair in Dominiek Savio.

De begeleiding van Dominiek Savio geven Kjell eten. De ergotherapeut van Kjell was dan ook super enthousiast over ons eerste prototype.

Occupatie: De begeleiding geeft Kjell eten bij een uitstap met behulp van ons hulpmiddel.
Bij het uittesten van de prototypes positioneerde de ergotherapeute zich zoals ze zou staan om hem eten te geven. Ze vond het heel praktisch dat het verstelbaar is. Het zou het handelen vergemakkelijken, omdat ze niet meer zo ver moet reiken om aan het eten te kunnen.
Relatie tussen persoon en activiteit: Kjell moet zoals iedereen eten. Kjell kan niet zelfstandig eten.

Relatie tussen persoon en omgeving: De begeleiding en zijn familie helpen hem bij zijn dagelijkse activiteiten.
Relatie tussen omgeving en activiteit: Doordat Kjell niet zelfstandig kan eten, geeft de begeleiding hem eten. Met ons hulpmiddel is het voor hen veel gemakkelijker om Kjell eten te geven. Ze hebben alles wat ze nodig hebben om hem eten te geven onmiddellijk bij de hand.

We zouden nog enkele aanpassingen moeten doen om het nog wat steviger te maken, zodat het potje minder wiebelt in de houder en zodat Kjell ook minder op zijn ongemak is om iets omver te gooien.

Bezoek 3 met iteraties van prototype 1 en 2

We zijn met ons vieren 2 prototypes gaan testen. Het eerste prototype dat we toonden, was het prototype dat bestaan uit 2 armen. Het kan met knijpers op de rolstoel bevestigd worden. Dit vond de ergotherapeute al een heel goed prototype.  Het tweede prototype dat we toonden, was het prototype met 1 arm en met een opzetstukje. Dit stukje zou definitief op de rolstoel moeten kunnen bevestigd worden. Enkel de arm zou moeten ingekort worden. De ergotherapeute vond het tweede prototype ook heel goed maar verkoos dan toch het eerste prototype. Ze zou wel nog enkele kleine veranderingen willen doorvoeren, zodat het potje beter in de houder blijft zitten. Zo zouden we een antisliprand moeten voorzien, het potje zou wat dieper in de houder moeten kunnen zitten en eventueel zouden we kleine gleufjes in de houder moeten kunnen maken zodat het potje met een elastiek zou kunnen vastgemaakt worden.
Na het testen van de prototypes stelden de studenten ergotherapie nog enkele vragen om zo het three-channel-model te kunnen invullen.

prototype 1 iteratie 1






positief :     is stevig en stabiel
                   kan op de leuningen geplaatst worden waar de gebruiker het zelf wil
                   kan redelijk gewicht dragen zonder ombuigen
                   ziet er mooi uit
                   kan in een rugzak en is in 3 delen uit elkaar te halen
                   zeer gebruiksvriendelijk, niet ingewikkeld om in elkaar te zetten
                   plateau kan er af worden gehaald zodat dit gemakkelijk kan gewassen worden


negatief :    plateau moet uit materiaal bestaan dat afwasbaar is

onverwacht zei de gebruiker tijdens het bezoek ook nog om eventueel nog een extra functie toe te voegen om servietten bij te houden.  We dachten eventueel om er een ring aan de onderkant bij te plaatsen zodat de servietten daarin kunnen worden gepropt.               


filmpje 1 met prototype 1 iteratie 1


filmpje 2 met prototype 1 iteratie 1


prototype 2 iteratie 1




positief :     is stevig en stabiel
                   kan redelijk gewicht dragen zonder ombuigen
                   ziet er mooi uit
                   kan in een rugzak wanneer statief korter is en de plateau er van te halen is
                   gebruiksvriendelijk, niet ingewikkeld om in elkaar te zetten
             

negatief :    plateau moet uit materiaal bestaan dat afwasbaar is
                   het vast stukje aan de rolstoel is op iedere rolstoel te zetten en aan beide kanten
                   van iedere rolstoel (voor de linkshandige hulpverleners).



filmpje 3 prototype 2 iteratie 1

Assessment: De handicapschaal





Als tweede assessment hebben wij gekozen voor de handicapschaal. Deze werd ingevuld door de ergotherapeut van onze cliënt K. doordat onze cliënt niet zelf kan communiceren.
De ergo kent K. al goed en las de vragen voor aan K. A.d.h.v. zijn gezichtsuitdrukkingen kon K. wel antwoorden, maar soms werden ze gecorrigeerd door de ergo.

assessment COPM